Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Artikel 45 De aanvraag
1
Een aanvraag wordt in behandeling genomen indien de aanvraag in de Nederlandse taal is opgesteld en wordt ingediend door een natuurlijke persoon of rechtspersoon, die verantwoordelijk is voor het op de markt brengen van de biocide en die binnen de Europese Gemeenschap een permanente vestiging heeft.
2
Een aanvraag gaat vergezeld van de volgende documenten:
a
een dossier betreffende de biocide dat, voldoet aan bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gestelde regels voor de uitvoering van richtlijn 98/8/EG of een voor die richtlijn vastgestelde communautaire maatregel of een verklaring van toegang tot voornoemd dossier;
b
een dossier betreffende elke werkzame stof in de biocide dat, voldoet aan bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gestelde regels voor de uitvoering van richtlijn 98/8/EG of een voor die richtlijn vastgestelde communautaire maatregel of een verklaring van toegang tot een dossier als hiervoor bedoeld.
3
Indien Onze Minister overweegt een voordracht te doen tot vaststelling, wijziging, of intrekking van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in het tweede lid, onderdelen a of b, kan hij, indien een onmiddellijke voorziening vereist is, regelen stellen overeenkomstig de voorgenomen maatregelen.
4
Een regeling als bedoeld in het derde lid blijft, behoudens eerdere intrekking, van kracht totdat de daar bedoelde algemene maatregel van bestuur, in werking treedt, doch uiterlijk tot acht maanden na het in werking treden van de regeling.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.